donderdag 27 mei 2010

Peilingen kiezersgedrag in Nederland toen en nu

Terugblik
In het geschiedenisprogramma Andere tijden kunt u op donderdag 27 mei — tussen 21:30 uur en 22:00 uur via Nederland 2 — kijken naar de aflevering De onpeilbare kiezer over het relatief nieuwe fenomeen peilingen van de mening van kiezers, dat in ons land voor het eerst in de jaren zeventig van de vorige eeuw manifest is geworden. 

Hoewel geruime tijd de uitslag van die peilingen — en vooral die van Maurice de Hond, welke iedere week werden gepresenteerd —  steeds opnieuw in aanvaardbare proportie overeenkwamen met de ware uitslag van de verkiezingen, is het in 1986 misgegaan. Alle bureaus die dergelijk onderzoek deden, bleken sterk af te wijken, en niet de Partij van de Arbeid werd de grootste politieke groeperingen binnen de Tweede Kamer, maar het zogeheten Christen Democratisch Appèl.
In Andere tijden van de aflevering in kwestie wordt op dit fascinerende gegeven teruggekeken. Zoals altijd, wordt ook deze episode ingeleid en onderweg van commentaar voorzien door Hans Goedkoop. De aflevering zal worden herhaald op zaterdagmiddag, eveneens via Nederland 2, vanaf 13:10 uur.

Vooruitzien
In aansluiting op hetgeen u in dat, relatief korte, tv-programma te horen krijgt, is het wellict interessant kennis te nemen van de inhoud van enkele boeken die heel direct te maken hebben met de aanstaande landelijke verkiezingen van 9 juni aanstaande. Allereerst is daar het boek De kiezer heeft altijd gelijk — Tijd voor change in Den Haag. Afgezien van het nodeloze en nutteloze, en derhalve dwaze, gebruik van het Yankisme change in de ondertitel — een abject modeverschijnsel waaraan serieuze journalisten zich niet mogen bezondigen — is dat een uitstekend, verhelderend boek voor al degenen die zich voor meer dan alleen het uiterlijk van de Nederlandse verkiezingen interesseren.
De beide auteurs — econoom/journalist Sheila Sitalsing en Hans Wansink — historicus en redacteur van de Volkskrant — stellen, overigens niet ten onrechte, dat de Nederlandse politiek gebukt gaat onder een crisis: een begrip waarmee wij te pas en veelal te onpas om de oren worden geslagen, en er af en toe zelf bijkans mee worden 'doodgegooid'. Desondanks kunnen de meest burgers van ons land  en de gedachte eraan niet werkelijk incorporeren — als gevolg van de dreiging die ervan uitgaat, en de verdringing die daarmee direct samenhangt — om vooral niet in een ernstige depressie te vervallen.
En juist het gevaar daarvan is niet denkbeeldig als we (al te veel) luisteren naar de doemscenario's die hier èn daar — en waarlijk niet alleen verspreid over 'Den Haag' en omstreken klinken.

Ongewenste richting
Ondanks de bovengenoemde verdringing is het niet ondenkbaar dat al dat gezever over crises de kiezers toch in een andere richting duwt dan die welke het beste bij haar of hem past.
De angst die dan ontstaat — want angst is het —, leidt tot conformisme (want dat is nu eenmaal één der wezenskenmerken van de Angst), en het gevolg daar is verrechtsing met een eventueel grote dosis onrecht, eerst ten opzichte van anderen, maar uiteindelijk ook jegens het eigen wezen. Want dat onrecht gaat primair ten koste van al degenen die zich in de praktijk toch al vrijwel nimmer goed kunnen verweren, omdat zij als groepering de rol van zondebok zullen moeten vervullen, zoals dat al tig decennia het geval is.
Niet de aankoop van onzinnige, peperdure speeltjes voor dubieuze militaire doeleinden worden duidelijk van tevoren afgeschoten, opdat de kiezers weten dat ze met hun stem wellicht toch de schaal kunnen doen doorslaan. In de optiek van zich liberaal noemenden mogen armen best nog ietwat tot veel armer worden, als hun achterban maar rijker kan worden, of op hetzelfde niveau kan blijven. Kort en kwaad: bij een rechtse regering wordt de kleine man en niet te vergeten de kleine, alleenstaande moeder, zonder lobby opnieuw de dupe, want onevenredig gegrepen. Een gematigde coalitie — met niet een slechts kille technocraat als Mark Rutte in de hoedanigheid van premier —  zal het echter eveneens zodanig aan het (kiezers)volk verkopen dat de regerenden zelf zullen geloven de meest  kwetsbare groep(en) in de samenleving te hebben gespaard.

Niet zo koosjer
Wie in dit tijdsgewricht, na alle ervaringen van de afgelopen zes decennia, meent politici op hun woord te kunnen vertrouwen, is echt niet helemaal koosjer in het hoofd. De politiek in het algemeen, maar die van de achtereenvolgende kabinetten — mislukkingen die de naam van een dodelijk slaapverwekkende premier droegen — heeft geleid tot devalutatie, inflatie en degeneratie van het begrip geloofwaardigheid. Regeren wordt in een veel gebruikt gezegde als vooruitzien; goed regeren is echter de werkelijkheid onder ogen zien in alle opzichten — dus met betrekking tot alle lagen van de bevolking — en in dat kader de juiste beslissingen nemen, en niet alleen voor de eigen achterban. De eerste noodzaak die zich aandient om tot een aanvaardbare regering — en in ons land betekent dat coalitie — te komen, is stoppen met het debiteren van regelrechte leugens, halve waarheden en/of betogen op te hangen welke anders klinken, doch op hetzelfde neerkomen.

Job Cohen
Nauwelijks had Job Cohen, voormalig burgemeester van onze hoofdstad, zich als opvolge rvan Wouter Bos kandidaat gesteld voor het lijsttrekkerschap of hij wist bij vriend en tegenstander de indruk te wekken dat het om een fatsoenlijke man met kennis van zaken ging. Dat leverde een uitstekende score in de peilingen. Enig gebrabbel en niet-weten, alsmede springerig gedrag omtrent kennis en inhoud van wat de partij nu eigenlijk wil, leidde er intussen toe dat de partij van Job Cohen is teruggevallen in de peilingen, al heeft dat niet tot gevolg dat de kans op nog weer een kabinet-Balkenende daarmee wordt vergroot. Hoewel D66-leider Alexander Pechtold duidelijk gemaakt heeft op welke punten hij dichter bij de PvdA staat dan bij partijen ter rechterzijde van hemzelf, liet hij evenmin twijfel bestaan over de vraag wie er premier zou moeten worden van dit land, na de verkiezingen van 9 juni. In zijn optiek moet er per definitie een Paars Kabinet komen — dus: VVD-PvdA-D66 — met Job Cohen als premier.

Daarbij ziet hij beide liberale lijsttrekkers in een andere positie. Een groot voordeel van die combinatie is het naar de oppositie verwijzen van vooral het CDA, hetgeen ten volle verdiend is na vier kabinetten welke fnuikend zijn gebleken voor het overeind houden van de belangstelling van de kiezers. Vooral de saaiheid en de negatieve halsstarrigheid die is uitgegaan van de zich als christenen ziende CDA-ers en het vele draaien van anderen, het veelal onbegrijpelijke taalgebruik van het Haagje en de ondoorzichtigheid heeft er mede toe geleid dat er steeds meer mensen zijn welke in die context niets anders meer kunnen geloven dan dat politici de beste leugenaars zijn van alle maatschappelijke geledingen. Objectief gezien is dat weliswaar niet zo, want de levensmiddelenindustrie en farmaceutische industrie zijn nog net 'een graadje' erger. Er is niet veel meer voor nodig of die beide laatste groeperingen zullen met hun extreem weerzinwekkende praktijken zorgen voor enorme sterfte van vele in principe potentiële consumenten.

'Burgemeester van Nederland'

Wie meer wil weten over de persoon en politicus Job Cohen, die ook nu nog een gerede kans maakt op het premierschap, doet er goed aan voor de dag van de Tweede Kamer Verkiezingen het boek te lezen van Hugo Logtenberg — die onder meer voor Het Parool schrijft — en Marcel Wiegman — die chef Verslaggeving van diezelfde krant is, en voor dat medium van 201 tot 2007 stadhuisverslaggever van Amsterdam was en dus één en ander dient te weten over de mens die Job Cohen heet. 
Samen hebben zij een boek afgeleverd waarin en kan lezen hoe Job Cohen (als burgemeester) te werk is gegaan, hoe zijn omgang was met onder meer wethouders en justitie.Voor hun boek zijn de beide schrijvers niet over één nacht Amstel-ijs gegaa: ze hebben gesproken met meer dan honderdzestig politici en ambtenaren, alsmede vrienden en bekenden van de tijdelijk zeer intensief als nieuwe premier gedoodverfde Job Cohen.
Hedenmiddag was er in de Aula van de Rijksuniversiteit Groningen een tweede Lijsttrekkersdebat, en dat bood ons de aanblik van een veel meer ontspannen en minder schutterende Job Cohen. Er zijn nog bijna twee weken, en in die periode zou de 'oude' sociaal-democraat nog best eens een en ander aan verloren terrein kunnen heroveren.
____________
Afbeeldingen
1. Maurice de Hond, dè man van de peilingen onder kiezers in Nederland.
2. Voorkant van het actuele boek an Sheila Sitalsing en Hans Wansink over 'gewenste verandering' in Den Haag.

3. Voorzijde van het al net zo actuele boek over de mens en politicus Job Cohen.
4. Hugo Logtenberg en Marcel Wiegman,, beiden werkzaam voor Het Parool, en auteurs van het boek over Job Cohen.
__________

Sheila Sitalsing en Hans Wansink: De kiezer heeft altijd gelijk — Tijd voor change in Den Haag. 192 pag., met veel z/w foto's van Marijn Bekman. Nieuw Amsterdam Uitgevers, Amsterdam 2010. ISBN 978-90-468-0790-3.

Hugo Logtenberg en Marcel Wiegman: JOB COHEN — Burgemeester van Nederland. 288 pag., met fotokatern. Nieuw Amsterdam Uitgevers, Amsterdam 2010. ISBN 978-90-468-0727-9.


Geen opmerkingen: