dinsdag 22 februari 2011

De onzekere toekomst van Moeammar al-Khaddafi

Moeammar al-Khaddafi,
een Beest uit de Afgrond.
Het ongrijpbare van Libië
Ieder die ogen en oren heeft, en daarmee enigermate situaties kan inschatten, respectievelijk analyseren op basis van gegevens welke verder reiken dan zijn neus lang is, begrijpt dat het recente charme-offensief van de Libische leider Moeammar al-Khaddafi richting het westen door politiek opportunistische motieven is ingegeven en niet omdat plotselinge vriendelijke uitingen ten opzichte van datzelfde westen hun oorsprong vinden in oprechte gevoelens: koele berekening is wat hem drijft. Zelfs extreme krankzinnigen — en tot die categorie behoort die kolonel, en dat bewijst hij steeds opnieuw — kunnen heel goed hun eigen belang in het oog houden.
Dat bleek enige jaren geleden reeds in de Lockerbie-kwestie: zodra Khaddafi in al te gevoelig vaarwater terechtkomt, past hij zijn strategie aan. Hoewel er altijd goedgelovigen zullen blijven, die — uit welke overwegingen dan ook — menen dat het om aanpassingen ten faveure van Europa en de VS gaat, is zulk gevoelen of wensdenken niets anders dan voorbijgaan aan de realiteit. Voor diegenen zou je het bijna verplicht gesteld willen zien om eens nader kennis te nemen van enige feiten omtrent de man in kwestie en de staat die hij en zijn familie in de greep houden. Er bestaat objectieve literatuur over land en volk en degenen die er aan de macht zijn.

Gerbert van der Aa onderweg in Libië op een prachtige plek met fraai uitzicht.

Gerbert van der Aa reed door Libië
In het verleden jaar verschenen, doch nu weer hyper-actuele boek van Gerbert van der Aa wordt een reeks indrukken geschetst die de auteur — hij was een van de zeer weinige opdeed tijdens zijn tienduizend kilometer lange tocht door Libië, in een oude terreinwagen. Daarbij heeft hij zich vooral gericht op de mensen in dat land, en is hij daarmee erin geslaagd ons een beter inzicht te verschaffen in hoe de incarnatie van daverende gekte, die de Libische leider is, zijn sporen nalaat in de samenleving van alledag. Dat is meestal het geval met krankzinnige leiders.
We hoeven de geschiedenis van de twintigste eeuw er maar op na te slaan om te kunnen vaststellen welke vloedgolven van totale destructie zijn ontstaan in de pathologisch-perfide toestand in het hoofd van lieden als Hitler, Stalin, Mao, Amin en nog zoveel andere leiders van kleinere staten. Dat Khaddafi er alles aan doet om in die rij van vertegenwoordigers van het Beest uit de Afgrond te worden opgenomen, bleek op dinsdag 22 februari tijdens zijn toespraak voor de Libische televisie. Daarin bewees hij niet alleen dat hij geheel buiten de realiteit staat, maar tevens dat hij er niet voor terugschrikt een zeer omvangrijke massamoord aan te kondigen.

Niet alleen is hij daarvoor geschift genoeg, en zal er — ondanks alle redelijke protesten, daar en elders ter wereld, tot in de hoogste politieke regionen toe — heel wat strijd moeten worden geleverd voordat de man op zijn knieën wordt gedwongen. 
Hoewel een deel van het land in handen van de oppositie is — althans volgens berichten van ooggetuigen die hun bevindingen via de nieuwste communicatiemedia verspreiden, opdat de rest van de wereld daarvan kan kennis nemen — is één der belangrijkste vragen van dit moment of het leger bereid is de walgelijke devotie ten aanzien van die uitzinnige Gek op te geven en de kant van het volk te kiezen. De politie in de bevrijde steden schijnt dit te hebben gedaan. Als dat juist is, dient dat voorbeeld zo snel mogelijk te worden gevolgd, opdat — na Egypte — de olievlek van geweld, haat en angst in die regio niet tot het uiterste zal escaleren.
Vooralsnog lijkt het erop dat die door destructiedrift aangestuurde Khaddafi dit land in de woestijn voor een (eventueel groot) deel zal doen veranderen in een woestenij, die een afspiegeling zal vormen van de giftige inhoud van zijn schedelpan.
__________ 
Gerbert van der Aa: Khaddafi's woestijn — Reis door het ongrijpbare Libië. 192 pag., paperback. Nieuw Amsterdam Uitgevers, Amsterdam 2010. ISBN 978 90 468 0639 5. 

Algerijnen — een tekening van Auguste Renoir


Jongere dan deze Algerijnen van Auguste Renoir (1841-1919) zijn momenteel, samen met tal van Arabieren in andere landen van Noord-Afrika en elders in het Midden-Oosten in het vizier van de wereldpers, aangezien zij massaal om veranderingen roepen. 
In Egypte is dat, vooralsnog zonder bloedvergieten verlopen, in andere landen loopt het wat tot zeer veel stroever. In Libië belooft de zoon van de dictator weliswaar aanpassingen, maar de opstandige bevolking gelooft dat waarschijnlijk niet, vooral omdat Khaddafi junior eist dat eerst de zaak tot rust komt. Een uiterst onaangename-, want sensatiekrant berichtte hedenochtend reeds dat Khadaffi zijn volk uitmoordt. Niet dat je verbaasd mag zijn over wandaden van dictatoren, doch moeten we wel de nodige afstand houden tot beweringen in de sensatie- en rioolpers, al melden zelfs agenten van die producten van de drukpers nog wel eens iets dat waar zou kunnen zijn.